Normale toleranties bij droog ontgraven zijn circa +/-50 à 100 mm. Bij nat ontgraven is dit meestal +/-200 à 250 mm.
In bepaalde gevallen kan het nodig zijn om aparte toleranties te definiëren voor zand en klei. Zie bijvoorbeeld de ontgravingstoleranties die in Bouwtoleranties zijn gegeven voor ontgraving t.b.v. onderwaterbeton.
Rijkswaterstaat heeft in de de Richtlijn Toleranties t.b.v. Betonconstructies [94] uit juni 1997 van de hoofdafdelingen Droge Infrastructuur en Projectuitvoering en Diensten ook toleranties vastgelegd voor grondwerk.