Navigatie in het document kan op de volgende manieren geschieden:

  • Door in het linker deelvenster door te klikken van hoofdonderwerp naar subonderwerpen, totdat het gewenste subonderwerp is bereikt.
  • Door het invoeren van een zoekterm.
  • Door binnen een eenmaal geopend artikel door te klikken op hyperlinks in de tekst.

Het handboek is ingedeeld in een vijftal hoofdonderwerpen:

  • In ‘Introductie’ worden definities en terminologie vastgelegd, wordt ingegaan op de geometrie van tunnels voor verschillende doeleinden en worden bouwmethoden beschreven.
  • In ‘Ontwerpaspecten’ worden allereerst de algemene eisen en beoordelingscriteria omschreven en wordt onderscheid gemaakt tussen de ontwerpaspecten voor de uitvoering en de uiteindelijk te bouwen constructie. Hierbij komen zowel aspecten waarmee rekening moet worden gehouden, als ontwerpmethoden aan bod.
  • In ‘Ontwerpaspecten Definitieve constructie’ en ‘Ontwerpaspecten Uitvoering’ komen de best practices aan bod, waarbij voor zover mogelijk onderscheid is gemaakt tussen tijdelijke en permanente constructies. Met tijdelijke constructies wordt hier vooral verwezen naar constructies die spelen in de bouwfase, dus onder dit hoofdonderwerp zijn de verschillende uitvoeringsprincipes ook uitgebreid terug te vinden.
  • In ‘Uitvoering’ tenslotte worden het uitvoeringsproces en verschillende uitvoeringsmethoden beschreven.

Hoofdwaterkelder zonder bezinkbasin

Artikel nr. 404

Doel

Het verzamelen en afvoeren van hemel- en wandenwaswater en eventueel lekwater en vrijgekomen gevaarlijke stoffen en het voorkomen van dampvorming in de afvoerbuis.

Toepassingen

In het overgangsgedeelte t.p.v. de overgang naar de toeritten in tunnels, waarbij vanuit de vergunningsvoorwaarden geen (verbeterd) gescheiden systeem wordt geëist.

Detailontwerp

De tekening geeft een voorbeeld van de indeling van een hoofdwaterkelder. De onderdelen die in een dergelijke kelder aanwezig dienen te zijn, zijn:

  • waterberging;
  • per rijbuis een zandvang met waterslot (gescheiden per rijbuis);
  • verdiept gedeelte t.b.v. pompen (min. ca. 0.35 m).

De af te voeren vloeistoffen komen via roosters in de redresseerstrook in de zandvang terecht. Deze roosters dienen tevens voor de toegankelijkheid van de zandvang. De rest van de kelder is toegankelijk via de pompenkamer en via een luik in de redresseerstrook. De diverse hellingen waarborgen een goede afvoer naar de pompen. Er moeten in de pompkelders 3 buizen aangebracht worden, welke voorzien zijn van een Storzkoppeling. Twee buizen beginnen boven de geleidebarrier en eindigen zo laag mogelijk in de watersloten. De andere buis begint boven de geleidebarrier en eindigt zo laag mogelijk in de pompkelder. Indien er een vluchtstrook aanwezig is, dan bij voorkeur de buizen hier laten beginnen. Er moet een ontluchtingsbuis zitten tussen de waterkelder en de buitenlucht als dit mogelijk is (niet de tunnelbuis of het middenkanaal). Deze buis begint zo hoog mogelijk in de waterkelder en eindigt boven het dienstengebouw. Als dit niet mogelijk is eindigt de buis in de tunnelbuis met een vlamdover waarbij de uitgang van de buis zo hoog mogelijk in een verkeersbuis dient te worden aangebracht. Bij de doorvoer van buizen door wanden moeten de buizen zodanig worden aangebracht dat er geen vonkdoorslag op kan treden.

Figuur 404.1 - Principe-indeling hoofdwaterkelder

Motivering

De effectieve berging van de kelder wordt enerzijds bepaald door de hoeveelheid toestromend water (maatgevende bui volgens de ‘Extreme-neerslagcurven voor de 21e eeuw’) en anderzijds door de eisen die gesteld worden in de landelijke tunnelstandaard.

De inlaatroosters worden zo laag mogelijk in het alignement geplaatst zodat zoveel mogelijk regenwater kan worden afgevoerd via de hoofdwaterkelders.

De buizen met Stortzkoppeling zijn bedoeld om de waterkelder en het waterslot na een calamiteit leeg te pompen om gevaarlijke stoffen af te voeren. De buizen naar de watersloten kunnen gebruikt worden om het waterslot weer te vullen met water. Drainagewater hoeft niet via de zandvang afgevoerd te worden, behalve wanneer er kans is op ijzerhoudend water.

Conservering

Alle stalen buizen thermisch verzinkt uitvoeren.

Het milieu in de waterkelders kan zeer agressief zijn. Voor het beton in de waterkelders moet dan ook een passende milieuklasse worden bepaald met bijbehorende betondekking ten behoeve van de levensduur van 100jaar. Mogelijk is ook een extra coating te overwegen.