Het eerste gedeelte wordt met behulp van graafmachines in den natte ontgraven totdat de put groot genoeg is om er een cutterzuiger in te leggen. Vervolgens wordt het cunet verder uitgebaggerd en op diepte ge­bracht. In verband met de stabiliteit van het onderwatertalud wordt een maximale helling van 1:3 aangehouden. Ook hier wordt eerst een laag schoon zand op de bodem aangebracht. Het komt voor dat op de zandlaag weer een sliblaag wordt gevormd. Deze sliblaag dient verwijderd te worden alvorens de folie wordt af­gezonken. De zandlaag dient in dit geval niet alleen voor de bescherming maar ook als drainagelaag tijdens het afzinken. Water dat eventueel ingesloten wordt onder de folie kan dan sneller wegvloeien.