Zie ook [10] bijlage 2, code O1.6.
Wat ook geregeld voorkomt is, bij een damwand die door corrosie het eind van zijn levensduur heeft bereikt, dat een nieuwe damwand aan de diepe zijde van de oude damwand wordt ingebracht.
Door het intrillen van de nieuwe damwand voor de oude kan het geheel onderuitgaan. Door het intrillen kan de sterkte van de passieve wig (tijdelijk) worden verstoort.
Bij het intrillen van nieuwe afmeer buispalen en een nieuwe damwand vlak voor de bestaande damwand ontstond door verweking van de passieve wig (aanwezigheid van relatief fijne, siltige, slechter doorlatende zand in een tussenlaag) een cirkelvormig glijvlak (grote vervormingen; nog net niet tot bezwijken).
