Navigatie in het document kan op de volgende manieren geschieden:

  • Door in het linker deelvenster door te klikken van hoofdonderwerp naar subonderwerpen, totdat het gewenste subonderwerp is bereikt.
  • Door het invoeren van een zoekterm.
  • Door binnen een eenmaal geopend artikel door te klikken op hyperlinks in de tekst.

Het handboek is ingedeeld in een vijftal hoofdonderwerpen:

  • In ‘Introductie’ worden definities en terminologie vastgelegd, wordt ingegaan op de geometrie van tunnels voor verschillende doeleinden en worden bouwmethoden beschreven.
  • In ‘Ontwerpaspecten’ worden allereerst de algemene eisen en beoordelingscriteria omschreven en wordt onderscheid gemaakt tussen de ontwerpaspecten voor de uitvoering en de uiteindelijk te bouwen constructie. Hierbij komen zowel aspecten waarmee rekening moet worden gehouden, als ontwerpmethoden aan bod.
  • In ‘Ontwerpaspecten Definitieve constructie’ en ‘Ontwerpaspecten Uitvoering’ komen de best practices aan bod, waarbij voor zover mogelijk onderscheid is gemaakt tussen tijdelijke en permanente constructies. Met tijdelijke constructies wordt hier vooral verwezen naar constructies die spelen in de bouwfase, dus onder dit hoofdonderwerp zijn de verschillende uitvoeringsprincipes ook uitgebreid terug te vinden.
  • In ‘Uitvoering’ tenslotte worden het uitvoeringsproces en verschillende uitvoeringsmethoden beschreven.

Mitigerende maatregelen

Artikel nr. 529

Vroeg in de ontwerpfase dient al rekening te worden gehouden met overlast tijdens uitvoering. Door bijvoorbeeld te kiezen voor een diepwand in plaats van een combiwand, voorkomt men geluids- en trillingsoverlast. Omdat een diepwand stijver is, zullen tijdens het ontgraven van de bouwkuip de maaiveldzakkingen en deformaties in de grond buiten de kuip ook minder zijn. Geboorde palen zullen bijvoorbeeld minder geluid en trillingen met zich mee brengen dan geheide palen.

 

Mitigerende maatregelen kunnen ook worden gezocht in de werkmethode of inzet van materieel. Vaak is het mogelijk om bij het intrillen van damwanden gebruik te maken van een hoogfrequent trilblok, waarmee de overlast of kans op schade tot een acceptabel niveau wordt gereduceerd. Bij zeer zware eisen t.a.v. trillingen worden er alternatieve uitvoeringsmethoden overwogen. Zo zijn bij de bouw van de Tweede Coentunnel de buispalen van een combiwand ingeboord (schroevend ingebracht). Aan de onderzijde van de buizen werden hiervoor hardstalen boortanden gelast die er voor zorgden dat er zowel aan de binnen- als aan de buitenzijde van de buis ruimte werd gecreëerd, die weer werd opgevuld met grout.

 

Heilawaai kan worden gereduceerd door een juiste keuze van het heiblok, rekening houdend met de heibaarheid, paalkopwapening en de gewenste productiesnelheid. Verdere vermindering van geluidsoverlast kan bestaan uit geluidgedempt heien of gebruik van een isolerende heimantel.