Navigatie in het document kan op de volgende manieren geschieden:

  • Door in het linker deelvenster door te klikken van hoofdonderwerp naar subonderwerpen, totdat het gewenste subonderwerp is bereikt.
  • Door het invoeren van een zoekterm.
  • Door binnen een eenmaal geopend artikel door te klikken op hyperlinks in de tekst.

Het handboek is ingedeeld in een vijftal hoofdonderwerpen:

  • In ‘Introductie’ worden definities en terminologie vastgelegd, wordt ingegaan op de geometrie van tunnels voor verschillende doeleinden en worden bouwmethoden beschreven.
  • In ‘Ontwerpaspecten’ worden allereerst de algemene eisen en beoordelingscriteria omschreven en wordt onderscheid gemaakt tussen de ontwerpaspecten voor de uitvoering en de uiteindelijk te bouwen constructie. Hierbij komen zowel aspecten waarmee rekening moet worden gehouden, als ontwerpmethoden aan bod.
  • In ‘Ontwerpaspecten Definitieve constructie’ en ‘Ontwerpaspecten Uitvoering’ komen de best practices aan bod, waarbij voor zover mogelijk onderscheid is gemaakt tussen tijdelijke en permanente constructies. Met tijdelijke constructies wordt hier vooral verwezen naar constructies die spelen in de bouwfase, dus onder dit hoofdonderwerp zijn de verschillende uitvoeringsprincipes ook uitgebreid terug te vinden.
  • In ‘Uitvoering’ tenslotte worden het uitvoeringsproces en verschillende uitvoeringsmethoden beschreven.

Onderstroming tunnelelementen

Artikel nr. 241

Functie:

Het verwezenlijken van de fundatie van tunnelelementen.

 

Toepassingen:

Als goede fundatielaag aanwezig is.

 

Detailontwerp:

De bodem van de zinksleuf dient voldoende breed, diep en vlak te zijn (onregelmatigheden +/- 250 mm). Nadat het tunnelelement op de tijdelijke opleggingen is geplaatst, op hoogte gesteld en voldoende belast kan met het onderstromen begonnen worden. Dit gebeurt op de in deel “Hulpconstructies t.b.v. afzinken” omschreven wijze. De minimale dikte van het onderstroomzand bedraagt 500 mm.

 

Kort voor het plaatsen van de tunnelelementen dient de zinksleuf geïnspecteerd te worden, zodat eventueel nog aanwezig slib verwijderd kan worden.

Figuur 241.1 - Fundering afgezonken tunnel op op onderspoelzand