Navigatie in het document kan op de volgende manieren geschieden:

  • Door in het linker deelvenster door te klikken van hoofdonderwerp naar subonderwerpen, totdat het gewenste subonderwerp is bereikt.
  • Door het invoeren van een zoekterm.
  • Door binnen een eenmaal geopend artikel door te klikken op hyperlinks in de tekst.

Het handboek is ingedeeld in een vijftal hoofdonderwerpen:

  • In ‘Introductie’ worden definities en terminologie vastgelegd, wordt ingegaan op de geometrie van tunnels voor verschillende doeleinden en worden bouwmethoden beschreven.
  • In ‘Ontwerpaspecten’ worden allereerst de algemene eisen en beoordelingscriteria omschreven en wordt onderscheid gemaakt tussen de ontwerpaspecten voor de uitvoering en de uiteindelijk te bouwen constructie. Hierbij komen zowel aspecten waarmee rekening moet worden gehouden, als ontwerpmethoden aan bod.
  • In ‘Ontwerpaspecten Definitieve constructie’ en ‘Ontwerpaspecten Uitvoering’ komen de best practices aan bod, waarbij voor zover mogelijk onderscheid is gemaakt tussen tijdelijke en permanente constructies. Met tijdelijke constructies wordt hier vooral verwezen naar constructies die spelen in de bouwfase, dus onder dit hoofdonderwerp zijn de verschillende uitvoeringsprincipes ook uitgebreid terug te vinden.
  • In ‘Uitvoering’ tenslotte worden het uitvoeringsproces en verschillende uitvoeringsmethoden beschreven.

Afdekplaat in middenberm

Artikel nr. 469

Functies

De plaat is de afscheiding tussen het loop-/vluchtpad en de elektromechanische ruimte (kabels,leidingen enz.).

Toepassingen

In de middenberm van de toeritten van verkeerstunnels, onderdoorgangen en aquaducten.

Detailontwerp

De breedte van de prefab betonnen plaat is afhankelijk van de ruimte tussen de middenwand en de geleidebarrier. De plaatlengte is over het alge­meen 1000 mm, de dikte is 80 mm.

De plaat wordt aan de zijde van de middenwand opgelegd op een hoekstaal 100*100*8 mm en aan de andere zijde wordt de plaat opgelegd op een betonnen opstort. Bij het ontbreken van een middenwand wordt de plaat ook in het midden opgelegd op een betonnen opstort.

Tussen de plaat en de opleggingen wordt er plaatselijk een neopreenstrip gelegd voor de drukverdeling. Het hoekstaal wordt aan de middenwand bevestigd met ankers M 16 h.o.h. 500. Met name bij een grotere breedte van de midden­berm moet er rekening worden gehouden met een vloerbelasting overeenkomstig de vigerende norm dit i.v.m. het bepalen van de dikte van de plaat en de afmeting van het hoekstaal en de ankers.

Na het stellen van de geleidebarrier wordt de beton­nen opstort gestort.

De minimale hoogte van de elektromechanische ruimte is 400 mm (i.v.m. de flenzen van de leidingen).

Op de geleidebarrier een leuning aanbrengen i.v.m. de veiligheid.

De geleidebarrier die in de middenberm toegepast wordt is breder dan de normale geleidebarrier, dit i.v.m. de sterkte van de geleidebarrier.

Als de barrier wordt uitgevoerd middels een slip-form paver moet de achterliggende wand hoger uitgevoerd worden. Dit heeft dan ook mogelijk consequenties voor de middenbermbreedte in verband met de vereiste breedte indien het fungeert als vluchtpad (min. 1,2 m).

Motivering

Door het kiezen van deze oplossing ontstaat er een looppad c.q. vluchtpad en onder de plaat een ruimte voor de elektromechanische leidingen.

Het geeft tevens een extra steun aan de geleidebarrier.

Als de plaat in de middenberm fungeert als vluchtpad dan dient dit pad te leiden naar een verzamelplaats op minimaal 150 m vanaf de tunnelmond.

Conservering

De hoekstalen en de ankers thermisch verzinken volgens NEN 1461.

Figuur 469.1 - Doorsneden en detail afdekplaat in middenberm