Navigatie in het document kan op de volgende manieren geschieden:

  • Door in het linker deelvenster door te klikken van hoofdonderwerp naar subonderwerpen, totdat het gewenste subonderwerp is bereikt.
  • Door het invoeren van een zoekterm.
  • Door binnen een eenmaal geopend artikel door te klikken op hyperlinks in de tekst.

Het handboek is ingedeeld in een vijftal hoofdonderwerpen:

  • In ‘Introductie’ worden definities en terminologie vastgelegd, wordt ingegaan op de geometrie van tunnels voor verschillende doeleinden en worden bouwmethoden beschreven.
  • In ‘Ontwerpaspecten’ worden allereerst de algemene eisen en beoordelingscriteria omschreven en wordt onderscheid gemaakt tussen de ontwerpaspecten voor de uitvoering en de uiteindelijk te bouwen constructie. Hierbij komen zowel aspecten waarmee rekening moet worden gehouden, als ontwerpmethoden aan bod.
  • In ‘Ontwerpaspecten Definitieve constructie’ en ‘Ontwerpaspecten Uitvoering’ komen de best practices aan bod, waarbij voor zover mogelijk onderscheid is gemaakt tussen tijdelijke en permanente constructies. Met tijdelijke constructies wordt hier vooral verwezen naar constructies die spelen in de bouwfase, dus onder dit hoofdonderwerp zijn de verschillende uitvoeringsprincipes ook uitgebreid terug te vinden.
  • In ‘Uitvoering’ tenslotte worden het uitvoeringsproces en verschillende uitvoeringsmethoden beschreven.

Achtergrond met betrekking tot ingestorte mantelbuizen en sparingen

Artikel nr. 306

De keuze voor in te storten mantelbuizen komt voornamelijk voort uit:

  • De kwetsbaarheid van kabels binnen de verkeersruimte waarmee de betrouwbaarheid van het functioneren van de installatie sterk verminderd.

  • De omgevingscondities in verkeersruimte zijn zonder uitzondering zeer corrosief, opbouwsystemen binnen de verkeersruimte hebben als gevolg daarvan maar een beperkte levensduur.

 

Gezien de kwetsbaarheid van kabels binnen de verkeersruimte dient die locatie zoveel mogelijk te worden vermeden. Dit vermindert de kwetsbaarheid van kabels en leidingen en daarmee de kwetsbaarheid van de aanhangende systemen aanzienlijk. Het is echter in praktijk altijd onvermijdelijk dat een klein gedeelte van de kabel vanuit de ingestorte mantelbuis naar de betreffende installatie onbeschermd in de verkeersruimte aanwezig is. Door beperking van de lengte van dit deel van de kabel is het risico op beschadiging of geheel verlies ook beperkt.

 

Vanuit de centrale kabelgang is het onvermijdelijk om, voor het voeden en aansturen van de verkeers- en tunneltechnische installaties die zich in de verkeersruimte bevinden, voeding- en sturingkabels in de verkeersruimte aan te brengen. Deze voedings- en sturingskabels bevinden zich in mantelbuizen die in de civiele constructie zijn ingestort. De te voeden dan aan te sturen installaties zijn onder andere: verlichtingsarmaturen, ventilatoren, CCTV-camera’s, detectiesystemen, signaalgevers, luidsprekers, intercom, HF-apparatuur en veiligheidsvoorzieningen in hulpposten. Deze systemen van installaties zijn zodanig ingericht en beveiligd dat storing of verlies van een installatiesysteem in één tunnelbuis, het bedrijf in de andere tunnelbuis niet beïnvloedt. Evenzo dient plaatselijke beschadiging en/of verlies van een kabel of leiding niet tot gevolg te hebben dat de gehele installatie, of alle functies van die installatie in één tunnelbuis buiten bedrijf gaat. Dit is te bereiken door het systeem in secties te verdelen die door middel van scheiders (schakelaars, afsluiters en/of beveiligingen) kunnen worden afgezonderd van het gemeenschappelijke hoofdaanvoerdeel van het systeem. Het gemeenschappelijke hoofdaanvoerdeel van een systeem (zoals hoofdvoedingskabels en onderverdeelkasten) is ondergebracht in de kabelgang om deze zo goed mogelijk te beschermen tegen beschadiging en/of verlies. De lengte van een sectie staat in relatie tot het minimaal handhaven van een veilig bedrijf in de verkeersruimte. Voor verlichtingssecties is dit bijvoorbeeld ongeveer 60 m.

 

De verkeersruimte is zonder uitzondering zeer corrosief. De tunnelatmosfeer is sterk verontreinigd met agressieve stoffen zoals roet, zout, zwakke zuren en vocht. De combinatie van deze stoffen veroorzaakt sterke aantasting van alle installaties, kabel- en leidingdraagsystemen in de verkeersruimte en maakt speciale beschermende maatregelen (inerte materialen en zeer goede afdichtingen) noodzakelijk. In ieder geval wordt de levensduur van installaties en de draagsystemen verkort door plaatsing in de verkeersruimte. Materiaaleigenschappen en uitvoering van de installaties en de draagsystemen dienen te worden afgestemd op de omgevingscondities. Vanwege het minder agressieve milieu buiten de verkeersruimte kunnen daar lagere eisen worden gesteld aan kabelafdichtingen en de draagsystemen dan binnen de verkeersruimte.

 

Het ontwerp van de verkeers- en tunneltechnische installaties loopt in de praktijk niet synchroon met het ontwerp van de civiele tunnelconstructie. Het definitieve ontwerp van de verkeers- en tunneltechnische installaties wordt veelal pas vastgesteld op het moment dat de civiele ruwbouw al in een ver gevorderd stadium is. Vanwege het raakvlak dienen echter de in te storten mantelbuizen al in een vroeg stadium te worden opgegeven zodat deze in de uitvoering nog tijdig kunnen worden ingestort. Uit dit oogpunt is het aan te bevelen om een hoeveelheid reserve mantelbuizen in een vast stramien in de civiele constructie in te storten.

 

Let op met lekdebiet van lucht in het middenkanaal. Alle in te storten mantelbuizen moeten worden dichtgezet. Het kan bij lange tunnels problematisch worden om het middenkanaal op (voldoende) overdruk te krijgen, gezien de grote hoeveelheid lucht die vanwege lekdebiet moet worden ingeblazen.

 

Naast mantelbuizen zijn er vele sparingen nodig, voor bv. hulpostkasten, maar ook doorvoeren voor luchtbehandeling, overdruk, water en andere leidingen, etc. Bundel en structureer dit in het begin van het project. De ontwikkelingen in het 3D tekenen maken dit tegenwoordig transparanter.

 

Tegenwoordig wordt ten gevolge van de kortere beschikbare tijd voor ontwerp en bouw al op een vroeger stadium gestart met het ontwerp van VTTI. Dat geeft meer uitdagingen, maar ook voordelen. Desondanks blijft het nuttig om het aantal mantelbuizen en sparingen ruim aan te brengen.