Ten aanzien van de inhaal- en kruipstrook komen achtereenvolgens aan de orde:
- het snelheidsverval;
- de kosten;
- de verkeersafwikkeling en de verkeersveiligheid.
Snelheidsverval
Het snelheidsverval is afhankelijk van:
- het hoogteverschil;
- het hellingspercentage;
- de lengte van de helling;
- de afmetingen van holle en bolle bogen;
- de eigenschappen van de vrachtauto.
Zie ook Langshellingspercentage en Dwarshellingpercentage. Uit het berekende snelheidsverval kunnen onder meer conclusies worden getrokken ten aanzien van de noodzaak van het toepassen van inhaalstroken.
Kosten
Een kosten-baten-analyse moet worden opgesteld over de kosten van de inhaalstrook in relatie tot de invloed op de verkeersafwikkeling en de verkeersveiligheid. Bij toepassing van een inhaalstrook of een kruipstrook zal deze uit kostenoverwegingen altijd na het gesloten deel beginnen.
Verkeersafwikkeling/verkeersveiligheid
Het invoegen van personenauto’s aan het einde van de inhaalstrook heeft een geringe invloed op de verkeersafwikkeling en de verkeersveiligheid. Het invoegen van het vrachtverkeer aan het einde van de kruipstrook heeft een negatieve invloed op de verkeersafwikkeling en de verkeersveiligheid. Het verloop verdient extra aandacht. Voorkeur wordt gegeven aan een inhaalstrook.